Renault Twingo: Portieren vergrendelen, ontgrendelen
Vergrendelen/ontgrendelen van buitenaf
Dit gebeurt met behulp van de afstandsbediening: raadpleeg de paragraaf "FM-afstandsbediening: algemeen" in hoofdstuk 1.
In sommige gevallen werkt de FM-afstandsbediening niet:
- batterij van de afstandsbediening leeg, accu ontladen enz.
- gebruik van apparaten die op dezelfde frequentie als de afstandsbediening werken (mobiele telefoon enz.);
- de auto bevindt zich in een sterk elektromagnetisch veld.
In dat geval is het mogelijk:
- om de sleutel van de afstandsbediening of de noodsleutel te gebruiken om het linkervoorportier te ontgrendelen;
- de schakelaar voor het vergrendelen/ontgrendelen van de portieren van binnenuit te gebruiken (raadpleeg de volgende bladzijden).
Gebruik van de sleutel

Steek de sleutel in het slot 1 en vergrendel of ontgrendel het linkervoorportier.

Druk, met het contact aan, op de ontgrendelknop 2 voor de portieren om de andere portieren (portieren en achterklep) te ontgrendelen.
Schakelaar voor het vergrendelen/ontgrendelen van de portieren van binnenuit

De schakelaar 2 bedient de portieren en de achterklep tegelijkertijd.
Als een portier (of de achterklep) open of niet goed gesloten is, vergrendelen/ontgrendelen de portieren snel.
Bij vervoer van voorwerpen met geopende kofferbak kunt u toch de andere portieren vergrendelen: druk bij stilstaande motor langer dan vijf seconden op de schakelaar 2 om de andere portieren te vergrendelen.
Vergrendelen van de portieren en kleppen zonder de FM-afstandsbediening
Dit is bijvoorbeeld het geval als een batterijtje leeg is, de FM-afstandsbediening tijdelijk niet werkt ...
Druk bij stilstaande motor, met de sleutel uit het contactslot en het linkervoorportier geopend, langer dan vijf seconden op de schakelaar 2.
Bij het sluiten van het portier worden alle portieren en kleppen vergrendeld.
Bedenk dat het rijden met vergrendelde portieren een belemmering kan zijn voor hulpverleners in geval van nood.
Controlelampje van de portiervergrendeling
Wanneer het contact aan is, geeft het controlelampje 2 in de schakelaar aan of de portieren wel of niet vergrendeld zijn:
- lampje brandt, de portieren zijn vergrendeld;
- lampje uit, de portieren zijn ontgrendeld.
Als u de portieren vergrendelt, blijft het controlelampje branden en dooft daarna.