Renault Twingo: Pompset voor de banden

Hij repareert niet alle typen lekken, zoals sneden van meer dan 4 millimeter, sneden aan de zijkant B van de band, enz.
Controleer ook of de velg in goede staat is.
Verwijder niet het voorwerp dat de oorzaak is van de lekkage als dit nog in de band zit.
Controleer dus zorgvuldig de zijkant van de banden voor het repareren.
Bovendien kan het rijden met zachte of zelfs platte (of lekke) banden de veiligheid in gevaar brengen en niet te repareren blijken.
Deze reparatie is tijdelijk Een lekke band moet zo snel mogelijk worden gerepareerd en vóór terugplaatsing door een deskundige worden onderzocht.
Voor het vervangen van een band die met behulp van deze set gerepareerd is, moet u de specialist op de hoogte brengen.
Tijdens het rijden kan een trilling gevoeld worden door de aanwezigheid van het product in de band.
In geen geval mag de set gebruikt worden voor het oppompen van banden van een andere auto of enig ander oppompbaar voorwerp (zwemband, boot, enz.).
Voorkom dat de huid in contact komt met de vloeistof tijdens de reparatiehandelingen.
Als toch druppeltjes ontsnappen, moet u deze overvloedig afspoelen.
Houd de reparatieset uit de buurt van kinderen.
Gooi het lege reservoir niet in de natuur.
Lever het in bij uw merkdealer of bij een depot voor klein chemisch afval.
Het reservoir heeft een beperkte houdbaarheid die is aangegeven op zijn etiket. Controleer de houdbaarheidsdatum.
Ga bij een merkdealer langs om de pompslang en het reservoir met het reparatieproduct te laten vervangen.

Gebruik bij een lekke band de kit onder de voetsteun van de passagier 1 door de twee schroeven 2 los te draaien.

Draaiende motor, parkeerrem vastgezet,
- sluit de slang 4 van de compressor aan op de toevoer van de fles 9;
- haal de dop van de pompaansluiting van de fles 3;
- schroef het dopje van het ventiel van het betreffende wiel los en schroef de pompaansluiting van de fles 3 erop;
- koppel de accessoires los die eerder waren aangesloten op de accessoireaansluitingen van het voertuig;
- sluit de stekker 7 beslist aan op de accessoireaansluiting van uw auto;
- druk op de schakelaar 5 om de band op te pompen tot de voorgeschreven bandenspanning (raadpleeg de paragraaf "Bandenspanning" in hoofdstuk 4);
- na maximaal 15 minuten stopt u het pompen om de spanning af te lezen (op de manometer 6).
NB: terwijl de fles leegloopt (ongeveer 30 seconden), geeft de manometer 6 kort een druk tot 6 bar aan, waarna de spanning weer daalt.
- Corrigeer de spanning: om deze te verhogen gaat u door met het oppompen met de set, om deze te verlagen drukt u op de knop 8.

Als na 15 minuten de minimum spanning van de band van 1,8 bar nog niet is bereikt, dan is reparatie niet mogelijk. Ga niet rijden, maar neem contact op met een merkdealer.
Als de band correct is opgepompt, verwijdert u de set: schroef de pompdop voorzichtig los van de fles 3 zodat er geen product kan wegspuiten en berg de fles op in een plastic zak zodat het product niet kan uitlopen.
- Plak het etiket met de rijvoorschriften (onderaan op de fles) op een voor de bestuurder zichtbare plaats op het dashboard.
- Berg de set op.
- Als de band na de eerste keer oppompen nog steeds lek is, moet er worden gereden om het gat te vullen.
- Rijd direct weg en rijd tussen de 20 en 60 km/u om het product gelijkmatig in de band te verdelen. Stop na 3 kilometer rijden om de spanning te controleren.
- Als de spanning hoger is dan 1,3 bar, maar lager dan de voorgeschreven waarde, corrigeer deze dan (raadpleeg de sticker op de zijkant van het bestuurdersportier); als dit niet zo is, neem dan contact op met een merkdealer: er is geen reparatie mogelijk.
Voorzorgsmaatregel bij het gebruik van de set de set mag niet langer dan 15 minuten aaneengesloten gebruikt worden.
De fles moet na het eerste gebruik worden vervangen, ook al zit er nog vloeistof in.
Zorg altijd dat de ventieldopjes gelijk zijn aan de originele en dat ze helemaal vastgezet zijn.
Afhankelijk van het land of de plaatselijke voorschriften, moet een met de pompset gerepareerde band worden vervangen.