Renault Twingo: Algemeen
Vervoer van kinderen
U dient zich te houden aan de wetgeving van het land waarin u zich bevindt.
Het kind moet, net als een volwassene, altijd correct zitten en zijn vastgemaakt, ongeacht het traject. U bent verantwoordelijk voor de kinderen die u vervoert.
Een kind is geen volwassene in miniatuurformaat.
Het staat bloot aan specifieke letselrisico's doordat de spieren en botten nog in de groei zijn. De autogordel alleen is niet geschikt voor het vervoer. Gebruik het juiste kinderzitje en gebruik het correct.
Als uw auto betrokken is geweest bij een verkeersongeluk, moet u het kinderzitje vervangen en de gordels en de ISOFIX verankeringen laten controleren.
Laat nooit, zelfs niet eventjes, een kind, een afhankelijke volwassene of een dier in de auto achter als u deze verlaat.
Het kan zichzelf of anderen in gevaar brengen door bijvoorbeeld de motor te starten, door organen te bedienen zoals bijvoorbeeld de ruitbediening, of de portieren te vergrendelen.
Bovendien kan bij warm en/of zonnig weer de temperatuur in het interieur heel erg snel oplopen.
LEVENSGEVAAR OF GEVAAR VAN ERNSTIG LETSEL.
Gebruik van een kinderzitje
De bescherming die het kinderzitje biedt is afhankelijk van zijn capaciteit om het kind vast te houden en van de installatie ervan.
Door een verkeerde installatie komt de bescherming van het kind in gevaar bij krachtig remmen of een botsing.
Controleer voordat u een kinderzitje koopt, of het voldoet aan de wettelijke eisen van het land waar u zich bevindt en of het gemonteerd kan worden in uw auto. Raadpleeg een merkdealer om te weten welke zitje geadviseerd worden voor uw auto.
Lees, vóór het monteren van een kinderzitje, de gebruiksaanwijzing en houd u aan de instructies.
Neem, bij problemen met het installeren, contact op met de fabrikant van de uitrusting. Bewaar de gebruiksaanwijzing bij het zitje.
- zich correct vast te maken,
- in en uit te stappen aan de andere kant van het verkeer.
Gebruik geen tweedehands kinderzitje of zonder gebruiksaanwijzing.
Let op dat niets in de buurt van het kinderzitje de installatie ervan belemmert.
Controleer of uw kind altijd vastzit en het harnas of de gordel correct is afgesteld en aangepast.
Vermijd te dikke kleding waardoor ruimte tussen de riemen kan ontstaan.
Zorg ervoor dat uw kind zijn hoofd of armen niet uit het raam kan steken.
Controleer regelmatig de juiste houding van het kind, met name als het slaapt.